Ontwikkeling van de Thermometer

Je kan het “uitvinden” van de huidige thermometer niet op het conto schrijven van een persoon. Er is meer sprake van een ontwikkeling in plaats van een uitvinding. Er was in het begin wel iets wat een belangrijke input had in het uiteindelijke resultaat. 

Wat heel erg belangrijk was was de kennis van het uitzetten en krimpen van vloeistoffen onder bepaalde omstandigheden. Dit is dus heel erg belangrijk zoals je al kan schatten door het verhaal van de inleiding. Daardoor kan je bepalen hoe warm of hoe koud het is. 

Dit werd dan ook bij de bij de eerste thermometer gebruikt. Dit was eigenlijk ook geen thermometer, omdat de thermo, de temperatuur, niet gemeten werd maar werd geschat. Het was dus een thermoscoop. Bij het uitvinden van dit apperaat was Galileo Galilei heel erg belangrijk. 

Er was ook nog een andere thermoscoop, namelijk de lucht thermoscoop. Bij deze thermoscoop was er boven een luchtbel waardoor ze de temperatuur zouden kunnen meten. Nu is die bekend als de luchtthermometer. 

Vervolgens kwam er een tijd van de thermometers omdat Ferdinando ll de Medici buizen vulden met alcohol, oftewel de idee van de huidige kwikthermometer. Vervolgens gingen steeds meer uitvinders nieuwe thermometers maken. Dit deden ze bijvoorbeeld alleen al door nieuwe vloeistoffen toe te passen, maar meestal veranderde ook het hele concept. Zo stelde de Nederlander Christiaan Huygens dat ze het smeltpunt en het kookpunt zouden moeten gebruiken als de standaarden van een thermometer. Uiteindelijk, in 1724 kwamen ze tot de huidige thermometer toen Daniel Gabriel Fahrenheit een vaste thermometer maakte waarvan de eenheden nog steeds naar zijn naam vernoemd zijn. Hij was dan ook de eerste die kwik gebruikte bij zijn thermometers. In 1742 kwam dan uiteindelijk het systeem dat we in Nederland vooral gebruiken, namelijk graden in celsius, wat is vernoemd naar Anders Celsius. Vervolgens kwamen vooral nog ontwikkelingen op het gebied van de functie, zoals bijvoorbeeld het opmeten van de temperatuur van het menselijk lichaam. Dit was uitgevonden door Sir Thomas Clifford Allbutt.